Oefenen met vingerzetting

Iedere hand heeft 5 vingers die genummerd zijn:

1 = duim
2 = wijsvinger
3 = middelvinger
4 = ringvinger
5 = pink

Omdat de handen gespiegeld zijn is de nummering voor beginnende pianoleerlingen verwarrend voor de linkerhand. Belangrijk is om te onthouden dat je start met tellen vanaf de duim = 1.

Je krijgt dan:

Nummers van de vingers

De C-positie ziet er als volgt uit:

Rechts

Een voorbeeld voor de vingerzetting voor rechts in de C-positie is:

Links

Een voorbeeld voor de vingerzetting voor links in de C-positie is:

Beide handen spelen dezelfde noten, maar de nummering van de linkerhand is omgekeerd (5-4-3-2-1) aan die van de rechterhand (1-2-3-4-5).

Omdat vooral de linkerhand vaak voor leesproblemen zorgt, kun je hier enkele leesoefeningen doen voor de linkerhand.